Onze geldzoekmanie begon op de laatste vrijdag van een zomervakantie, enkele jaren geleden. Ik wilde samen met de zoons nog iets gezelligs doen. Ik bedacht toen om gestructureerd naar geld te gaan zoeken, op plekken waar we steeds bij toeval muntstukken hadden gevonden. Vooral de zoons zagen tot dan toe overal en nergens geld liggen: op de grond bij kassa’s, op straat, op stations. We besloten om een rondje Den Haag te doen.
En ja hoor, we vonden muntjes. In parkeerautomaten, die draaiden toen nog op cashgeld. In karretjes bij de Albert Heijn. Daarvoor moesten we soms een heleboel karretjes loskoppelen om een vergeten vijftig cent- of eurostuk uit het midden van de rij te kunnen halen. Als ‘wisselgeld’ moet je dan een waardeloos karretjesmuntje gebruiken. Een heel gedoe en geschuif, maar het loont de moeite. En we vonden geld in snoepautomaten op stations. Die vormen nog steeds onze grootste bron van inkomsten. We zullen nooit een snoep- of drankautomaat langslopen zonder even in het wisselgeldklepje te voelen. ‘Even een automaat betasten’, zeggen we dan. Op die eerste zoekvrijdag kregen we van iemand de tip om ook onder de automaten te kijken. Toen was het hek van de dam. We ontdekten dat daar altijd wel iets ligt, tot twee-euro-stukken aan toe. De zoons hebben in de loop van de tijd een heel systeem ontwikkeld met zaklantaarntjes en stokjes, om het geld eronder vandaan te krijgen. Die eerste vrijdagavond was de bodem van ons geldpotje al aardig gevuld. Er zouden nog vele hilarische zoektochten volgen. Comments are closed.
|
AuthorIk schrijf hier over wat we allemaal op straat vinden: serviesgoed, meubels, geld. Over de leuke ontmoetingen die we in onze straat hebben. En over onze levenshouding: leven met wat zich aandient, met wat op je pad komt. Dat houdt in: openstaan voor wat je tegenkomt, op straat, overal. CategoriesArchives
November 2023
|