Van hetzelfde soort als de vorige stoeltjes hebben we al meer op straat gevonden spul staan. Deze staan op het balkonnetje aan de voorkant, boven de erker.
Deze stonden bij het grofvuil. Er was ook een tafeltje bij, in dezelfde stijl. Dat zag er echt gammel uit. Bovendien lukte het wel om per fiets de stoeltjes te vervoeren, maar niet om ook de tafel mee te nemen. Het was laat, regenachtig, donker – dus om nou terug te fietsen voor het gammele tafeltje… Daarom het bij deze twee gelaten.
Het wordt eentonig, wéér iets uit een puinbak. Deze keer de kraaldelen waarvan echtgenoot de schuurdeur maakte. Grenenhout, mooi zwaar spul. Nu staat het nog in de grondverf. Als het aangrenzende tuinhuis helemaal klaar is, wordt in één keer al het houtwerk van de gevel geschilderd.
Iemand ruimde zijn of haar verleden op…
Theologieboeken, managementboeken, enkele romans. Ik nam de aardigste mee, voor de bazaar van de kerk. Naderhand hoorde ik hoe een bazaar-medewerker er daarna nóg een heel stel uitgevist had. Achter de kasten die links en rechts van de schuifdeuren kwamen, zitten latten die afkomstig zijn van een pallet. Die op straat lag.
Echtgenoot maakte van de ooit verbouwde kamer weer ‘kamers en suite’, d.m.v. een op Marktplaats gekochte schuifseparatie. De kasten maakte hij zelf. De latten waar de achterplaat op vast zit, zie je nooit meer terug. Daarom heet dit ‘blindhout’, volgens hem. Zeker omdat je het nooit meer ziet, is het natuurlijk zonde om dat splinternieuw te kopen. Iemand verderop in de straat was aan het verhuizen. Het was niet echt een blijde gebeurtenis: hij moest noodgedwongen naar een kleiner, eenvoudiger huis. Daarom moest hij voor een hoop spullen een nieuwe bestemming zoeken. Op een gegeven moment belandde hij op een punt dat de hoeveelheid hem aanvloog. Met het gevolg dat hij een heel stel dozen maar gewoon op straat zette.
Wij vroegen of hij het goed vond dat wij ze zouden meenemen en uitzoeken. Dat mocht. Hij was blij dat hij er vanaf was. We mochten ermee doen wat we wilden. Sindsdien staat dit theeservies bij ons te pronken. Paraplu’s vind je niet, die verlies je. Je laat ze staan in de trein, in een warenhuis, je vergeet ze in vestibules en in paraplubakken. Meestal op een plek waar je daarna nooit meer terugkomt, dus dat ding kun je verder op je buik schrijven.
Groot was dan ook mijn verrassing toen ik een paraplu in een puinbak zag liggen. Gewoon een goeie, zonder scheuren of verbogen baleinen. Lichtroze, niet mijn kleur, maar oké. Na talloze verloren paraplu’s vónd ik er nu es eentje! Wat te verwachten was: ik liet hem, nadat ik hem een tijdje gebruikt had, ergens staan. Daarom een foto van een ándere paraplu. Een zomers fotootje, onscherp, maar ik heb geen zin om nu de kouwe schuur in te duiken om een goede foto te maken. Deze ligstoelen met voetenkrukje lagen in een puinbak. Al jaren geleden. We hebben er veel plezier van!
Een prima handzaag, volgens echtgenoot. Scherp, tanden zonder slijtage. Alleen een beetje teer op het zaagblad.
Echtgenoot vond hem in een puinbak. ‘Die dingen zijn zo goedkoop dat het meer loont om een nieuwe te kopen dan om een oude schoon te maken’, zei hij spijtig. ‘Net als met vliegen: als het duurder was, zouden mensen dat eerder laten.’ Echtgenoot heeft al een goede handzaag, dus deze komt in de bak voor de organisatie Gered Gereedschap. Eens in de zoveel tijd brengen we de spullen naar deze sympathieke club, die ze opknapt en aan ontwikkelingslanden geeft. Door de jaren heen vonden we bij elkaar honderden euro’s op straat. Maar ook vinden we af en toe buitenlands geld. Of andersoortige muntjes, zoals de ‘tabaksmunt’ voor een sigarettenautomaat.
Nederlands geld gaat in een potje (inmiddels is dat alweer redelijk vol, ik denk dat er nu zo’n 25 euro in zit), en de andere munten gaan in een apart potje. Soms, als we naar een niet-euro-land gaan, kijken we of er iets van dat land tussen zit. |
AuthorIk schrijf hier over wat we allemaal op straat vinden: serviesgoed, meubels, geld. Over de leuke ontmoetingen die we in onze straat hebben. En over onze levenshouding: leven met wat zich aandient, met wat op je pad komt. Dat houdt in: openstaan voor wat je tegenkomt, op straat, overal. CategoriesArchives
Juni 2020
|